De lijdensweg van Ruiten Heer.

Door Koen Poppe (met dank aan Victor Mollo)

Wie kent niet de Engelse bridgesociëteit de Griffins, waar de leden – in hun jacht naar roem en poen – voornamelijk robberbridge spelen. En waar emoties veelal het gezond verstand overvleugelen en Vrouwe Fortuna laat blijken dat zij lak heeft aan kennis en techniek.

Victor Mollo heeft in zijn Bridge in the Menagerie boeken verslag gedaan van de hoogstandjes en dieptepunten in bridgetechniek bij de Griffins. Sinds het overlijden van Mollo is weinig meer over de Griffins vernomen, maar de sociëteit bestaat nog steeds en er wordt nog steeds gespeeld. Onlangs besloten twee ervaren experts de Griffins te bezoeken voor een oefenavond. Ze spelen hun eerste tafel tegen de Rueful Rabbit en Timothy de Toekan.


H et eerste spel komt op tafel en de Rabbit bekijkt zijn hand met genoegen. Partner past en na de 1 opening van zijn rechter tegenstander ligt een 2 bod voor de hand. Een enerverend biedverloop ontwikkelt zich en het eindigt in een gedoubleerd contract van 5.

Na de -start legt de Toekan trots zijn hand met vier troeven en een renonce op tafel. De Rabbit kijkt echter met een bedrukt gezicht naar het spel. Het lijkt onvermijdelijk dat hij hier down gaat en hij heeft niet het gevoel dat 4 erin zit. Een slecht begin en hij zal met 4 zijn hand wel overboden hebben. Een excuus aan partner mompelend, gooit hij een harten weg op tafel, neemt B met het aas en speelt V uit zijn hand. Daarop verzinkt zijn linker tegenstander in gepeins. Wordt hij hier in de maling genomen? Zuid zal voor zijn 4 bod toch tenminste A wel hebben? Nadat hij het besluit neemt zijn H te spelen is het snel over.






Mopperend over de biedstijl van losgeslagen Engelse robberaars legt West het volgende spel op tafel. Weer is de Rabbit heel tevreden over zijn hand en opent met een ouderwetse sterke 2 . Hoewel de Toekan een paar biedronden lang op de rem blijft trappen, weet hij de bieding niet vóór de manche tot staan te brengen.

Tegen 5 komt W uit met H. De Rabbit neemt de slag met het Aas en bekijkt dan de mogelijkheden. Hij kan terug spelen in de hoop zijn verliezers te kunnen troeven, maar Oost zal vast en zeker troef naspelen. Eerst A spelen en de troeven trekken zal zeker niet goed gaan.


Plotseling heeft de Rabbit een ingeving. Hij gaat eerst een afgeven! Dan kan hij de nog troeven als die worden doorgespeeld. Tevreden met zichzelf speelt hij V uit zijn hand. Zijn linker tegenstander – zijn eergevoel nog gekwetst door het vorige spel – bekijkt die kaart met een vuile blik en legt vlot een kleine . De Rabbit is onaangenaam verrast als de vrouw de slag houdt. Deze jongens zijn te goed en hebben zijn plan doorzien. Hij kan troef aas nog incasseren, maar ze zullen hun troefslag vast pas maken als hij drie keer klaver gespeeld heeft. Mismoedig legt hij A op tafel, maar veert op als daaronder H valt. Hij incasseert voor de zekerheid nog een paar ruitens om eventuele vergissingen voor te zijn en ziet daarna tevreden dat de zich keurig gedragen en hem in staat stellen 12 slagen op te eisen.




In een ijzige stilte wordt spel 3 op tafel gelegd. De Rabbit zit zo mogelijk nog wat meer rechtop. Het lijkt alsof zijn kaarten iedere ronde beter worden.


D e 2 opening verrast niemand meer. Timothy de Toekan is heel wat minder tevreden over de kaarten die hij krijgt, maar ziet wel een vijfkaart fit en een renonce en hij biedt direct 5. Fast arrival in optima forma, met als enig nadeel dat dergelijke subtiliteiten niet in het woordenboek van de Rabbit voorkomen. Die verhoogt dan ook zonder aarzeling naar 6.


De uitkomst is de H en de Toekan – geschrokken van de onverwachte verhoging naar slem – legt zijn kaarten op tafel.  Met die kleine troefjes en alleen dat ene plaatje ziet het er toch wel erg mager uit. "Succes partner" mompelt hij en snelt met een rood hoofd naar de bar om wat te drinken te halen. De Rabbit ontgaat het allemaal. Hij neemt de eerste slag met A en bestudeert welgemoed de dummy. Als Timothy echter terug komt en een glas wijn naast hem zet, schrikt hij op en laat in een reactie bijna zijn kaarten uit zijn handen vallen. Met moeite weet hij ze vast te houden, met uitzondering van de V die gracieus over het groene tafelkleed glijdt. "Oh het spijt me", roept de Toekan verschrikt, maar de Rabbit neemt – zijn bijnaam eer aandoend – direct alle schuld op zich. "Geen probleem partner, ik moet m'n kaarten beter vasthouden”, roept hij. “En ik wilde V trouwens toch spelen", voegt hij eraan toe.


Zijn linker tegenstander kijkt tevreden naar zijn bezit. Dit keer hoeft hij zich geen zorgen te maken. Hij legt een kleine en als de V de slag wint kijkt de Rabbit blij verrast. Misschien gaat het toch nog lukken om te snijden – vreemder dingen zijn bij hem aan tafel gebeurd.


Hij incasseert de drie hoogste om de schoppens in de dummy weg te gooien en ziet tot zijn genoegen dat niemand troeft. Na 2 getroefd te hebben, speelt hij van tafel. Dat Oost niet bekent is een teleurstelling. Met een moedeloos gebaar neemt hij het Aas en speelt dan B om West de kans te geven die met zijn H te troeven. Als West nog steeds moet bekennen speelt de Rabbit zelf maar troef. Hij staat op het punt nog een klaver af te geven en het contract voor één down te claimen, als West (die onbedoeld maar effectief is ingegooid) een kleine naspeelt. Zonder veel vertrouwen probeert de Rabbit de V, maar tot zijn verbazing houdt die de slag.


De speler links van de Rabbit zit met samengeknepen lippen. De tweede slag troef H nemen en naspelen had dit probleem voorkomen. Zijn partner kijkt hem aan en hij heeft duidelijk die conclusie ook al getrokken. En lijkt ook van plan hem dat duidelijk – hoewel mogelijk minder vriendelijk – uit te leggen. Een dodelijke blik legt hem echter het zwijgen op en in een ijselijke stilte wordt verder gespeeld. De Rabbit pakt met trillende handen het volgende spel. Maar opnieuw een prachtige hand doet zijn humeur toch weer aanzienlijk stijgen.


M et deze prachtige verzameling en enthousiast geworden door de spellen hiervoor, laat de Rabbit zich niet tegenhouden door alle negatieve antwoorden van zijn partner en hij stoomt zonder aarzeling door naar 6.


De uitkomst is een kleine en de Rabbit reikt naar de dummy om een kleintje bij te spelen. Een lekkere start zo naar zijn vork toe en voorlopig ziet hij een boel slagen in het verschiet. De H lijkt goed te moeten zitten om dit contract te kunnen maken. Zijn rechtertegenstander speelt de T en de Rabbit pakt tevreden de B om de slag te winnen. Voordat hij die kaart heeft losgelaten, ziet hij echter de kale aas in zijn hand en stopt razendsnel de B terug in zijn hand. Met een rood gezicht pakt hij de A en neemt daarmee de eerste slag. Zijn rechtertegenstander opent zijn mond, maar West is hem voor. "Nee, nee partner. Hij had die kaart nog vast en trouwens, dit is een vriendschappelijke partij en we spelen hier niet met het mes op tafel". Hij glimlacht vriendelijk en beduidt de Rabbit dat hij door kan spelen. Die speelt met een rood gezicht in de tweede slag de B en steekt daarmee over naar de dummy en speelt dan een kleine . Nadat zijn rechtertegenstander heeft bekend gaat zijn hand naar de V in zijn hand om de geplande snit te nemen. Maar voordat hij die kaart speelt, dringt de veranderde sfeer aan tafel tot hem door. Met het uitvoeren van een dwang of een snit, met het uittellen van een spel of soms zelfs het uittellen van zijn eigen hand heeft de Rabbit moeite. Maar voor veranderingen in sfeer is hij heel gevoelig en de veranderde houding van zijn linker tegenstander is nu wel heel opvallend. Als in een trance verandert zijn hand van richting. Hij heeft het gevoel alsof hij in een vertraagd afgespeelde film zit en alsof alle geluid om hem heen wegvalt. In plaats van V pakt hij de A uit zijn spel en brengt hij die omlaag tot hij de tafel raakt. Zodra die aas gespeeld is kijkt hij op. Het geluid van de zaal dringt weer tot hem door en hij kijkt de tafel rond. Zijn linker tegenstander is verdwenen, met achterlating van zijn kaarten. Dat wil zeggen – alle kaarten op één na. De H blijkt te ontbreken en wordt niet meer teruggevonden.